Oorzaak en gevolg van te weinig bewegen

Hoe komt het nu eigenlijk dat we steeds minder zijn gaan bewegen?

Eigenlijk is dit geen heel moeilijke vraag om te beantwoorden, maar nog steeds wel een interessante om je meer inzicht te geven. Er zijn namelijk veel antwoorden op te geven, maar allemaal met één gemeenschappelijk punt en dat is comfort. We zijn in de loop der jaren steeds meer gaan automatiseren en onze technologie is ontzettend ontwikkeld. Hierdoor hoeven we minder te tillen, lopen en hard te werken met ons lichaam. We hebben nu machines, robots en vervoer om overal naar toe te gaan zonder veel moeite. Dit maakt ons lui en we lijken te zijn vergeten dat je moeite moet doen om je lichaam gezond te houden en ik kan je garanderen dat het de moeite waard is.

De oorzaken op een rij:

  • tv, pc’s, gameconsoles en andere spelcomputers zorgen voor een forse daling in activiteit.
  • er is tegenwoordig veel meer zittend werk bijgekomen vanwege onze huidige maatschappij.
  • trapliften, liften, roltrappen of zelfs op vliegvelden rolpaden/loopbanden waarbij je gelijkvloers ook gewoon stil kan blijven staan. Ik heb deze zelf één keer gebruikt toen ik te laat was voor mijn vlucht, alleen toen rende ik eroverheen om extra snel bij mijn bestemming te zijn. Zo zou die naar mijn mening ook alleen gebruikt mogen worden of tegendraads als extra oefening.
  • Niet alleen zijn er liften, maar het is zelfs lastig tot soms bijna onmogelijk om de trappen te vinden binnen een gebouw. Hoe gek is dat!
  • Smartphones en tablets zorgen voor veel problematiek bij zowel jongeren als ouderen.

De lijst met manieren hoe we het ons gemakkelijker maken, loopt vrij lang door terwijl wij alleen maar meer zitten.

Wist je dat Nederland kampioen is in zitten?

Maar liefst 32% van onze bevolking zit gemiddeld 8,5 uur per dag en in de Europese unie is dit gemiddeld maar 12%, dus we spannen de kroon met een verre voorsprong. Deze voorsprong is helaas niet iets om trots op te zijn, want ziektes door inactiviteit zullen sterk toenemen als we hier geen verandering in brengen.

Daarnaast geven de feiten en de cijfers van de Nederlandse sport- onderwijsraad aan dat:

  • kinderen 10,5 uur per dag zitten, waarvan ze gemiddeld 3 tot 4 uur gamen.
  • 25% van de leerlingen onvoldoende scoort voor gym.
  • De motorische fitheid in de afgelopen 25 jaar sterk is afgenomen onder jongeren.
  • 60% van de vacatures open blijft staan, omdat de fysieke testen niet worden gehaald.

We bewegen gemiddeld veel te weinig 

Ergens weet iedereen dat bewegen en gezondheid hand in hand gaan.  Toch bewegen over de gehele wereld steeds minder mensen, zowel jong als oud. Een tijd geleden wijdde het beroemde medische tijdschrift The Lancet een indrukwekkend themanummer aan lichamelijke inactiviteit. Daaruit komt onder andere naar voren dat inactiviteit, dat wil zeggen gebrek aan lichaamsbeweging, wereldwijd de vierde doodsoorzaak is, na hart- en vaatziekten, kanker en infectieziekten. Maar liefst eenendertig procent van de wereldbevolking voldoet inmiddels niet meer aan de aanbevelingen voor minimale lichamelijke activiteit. Enkele jaren daarvoor was dat nog zeventien procent: bijna een verdubbeling in drie jaar tijd. Zoals de laatste tijd al vaker word vermeld: “Zitten is het nieuwe roken.” En de gehele wereld zit op dit moment te veel.

Het aantal sterfgevallen door te weinig bewegen

Roken en lichamelijke inactiviteit leveren tegenwoordig nagenoeg hetzelfde aantal doden per jaar op, beide ongeveer vijf miljoen (zie de afbeelding). Opvallend is dat er tegen roken een geweldige lobby op gang is gekomen, terwijl dat nauwelijks geldt voor lichamelijke inactiviteit. Programma’s ter bevordering van het bewegen worden in het algemeen wel als nuttig beschouwd, maar volgens veel wetenschappers, die zelf ook veel tijd zittend doorbrengen, zijn ze niet zo essentieel als de antirookcampagnes. Onderzoekers benadrukken dat de grootste winst voor de gezondheid van sedentaire (inactieve) mensen ligt in de eerste vijftien tot negenentwintig minuten bewegen per dag. Het globale aantal doden van roken en inactiviteit ligt dus op meer dan 10 miljoen gemiddeld. Absurd natuurlijk om te bedenken wat 15 minuten beweging voor impact kan hebben!

De relatie tussen obesitas, de computer en televisie

Vroeger ging ik zelf veel naar buiten om lekker te voetballen, verstoppertje te spelen, oorlogje of andere activiteiten waar veel beweging bij kwam kijken. Ik kan nu zeggen ‘in mijn tijd’ werden de videogames een stuk populairder, dat was ongeveer vanaf mijn twaalfde levensjaar, en ook ik ben hierdoor veel minder gaan bewegen. Tegenwoordig zie ik dat kinderen van 6 jaar een tablet beter hanteren dan de meeste volwassenen en dat is niet iets om trots op te zijn. Ik begrijp dat het lastig is als je kinderen veel aandacht van je vragen tijdens je werk. En de televisie of computer een gemakkelijke oplossing is om ze bezig te houden. Ik hoop alleen wel dat je begrijpt wat voor risico’s het met zich meebrengt indien je hier geen goede controle op houdt, want uiteindelijk draait alles natuurlijk om balans. Het volgende onderzoek zal je meer bewust maken hoe gevaarlijk de televisie en andere apparaten zijn voor de gezondheid van je kinderen en eigenlijk ook voor jezelf als je nogal van het bankhangen bent.

 

Onderzoek naar de relatie tussen obesitas en leefstijlfactoren laat zien dat voor kinderen de relatie tussen obesitas en achter een computer of voor de tv zitten, het sterkst is, daarna die tussen obesitas en voeding. Veel zitten en niksen lijkt dus slechter voor het kind dan het eten van vet voedsel. Ander onderzoek toont aan dat tv kijken voor jongeren de meest voorkomende vorm van ‘sedentair gedrag’ is. Televisie kijken heeft een bijkomend effect, dat er veel reclame te zien is over ongezonde voeding.

Ziekten gelinkt aan te weinig bewegen

  • Hart- en vaatziekten
  • Diabetes type 2: 5-23% meer kans met tussen de 2-8 uur zitten
  • Kanker: met een 8% hogere kans op darmkanker per 2 uur (aan één stuk) zitten
  • Depressie: waarbij in veel gevallen alleen al 15 minuten per dag het verschil kan maken van het wel of niet leiden aan een depressie.